Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En nu begeer ik van u een enige begeerte; [33]wijs mijn aangezicht niet af. En zij zeide tot hem: Spreek. 33. Dat is, wil mijn bede niet afslaan; alzo vs.17,20; 2 Kron.6:42; Ps.132:10. Het tegendeel dezer manier van spreken is, iemands aangezicht opnemen. Zie Gen.19:21.